Aan een vriend    Peter Colpaert, 1983  Jij zult wél voor altijd zwijgen Nooit meer zingen in de kroeg Om je werk kapot te krijgen  Was een regenvlaag genoeg Hoe je meesterwerken maakte Met wat kleurkrijt op de straat Is iets wát mijn zo geraakte Arm verstand te boven gaat Jij was altijd al een dromer Ik weet niet hoe jij het deed Maar je schilderde de zomer In de herfst, en het werd heet En je schilderde de Bijbel God was net als een fakir Want hij sliep op kerkentorens In een hemel zonder bier  Ja, we waren twee schandalen Do you know now what it means? Jij die Rembrandt op sandalen Ik die Goethe in z’n jeans Die de straat zomaar besmeurden Met hun krijt en hun gejank En daarnaast nog wel eens geurden Naar een slokje sterke drank En je stopte plots met leven In je godvergeten gat Om je zonden te vergeven Heeft zelfs God geen tijd gehad Ook je kunst bleef ongezegend En dat heb je hard gevoeld Want we wisten’als het regent Dan wordt alles weggespoeld’. Het geluk kon je niet vangen Toen de hemel het je zond Het bleef steeds in bomen hangen Het viel nooit tot op de grond Om je dan weer op te krikken Was ik dikwijls iets te zat En de kerkentorens prikken Nu nog steeds in God z’n gat Door je krijt in blikken dozen Werd je elke keer weer blij En je snoof aan plasticrozen Als een nagemaakte bij ‘k Zong bijtijds m’n gekste dingen En dan lachten we ons krom ‘k Blijf ze nu nog altijd zingen Maar ik lach er niet meer om  Tja, de straathoek blijft wat grauwer En je heengaan een verwijt Want je vingers werden blauwer Van de dood dan van het krijt Maar nu ben je aan het slapen  In een wereld ver van hier Het geluk ligt er voor ’t rapen Ook al is er daar geen bier Tracht eens Rembrandt te ontmoeten Of komt Goethe soms voorbij Doe ze alle twee de groeten Die van jou en die van mij Ik zal Faust nog eens vertolken Terwijl jij daar moppen tapt Maar pas op dat j’ in de wolken Niet op scherpe torens trapt.
volgende pagina
vorige pagina
biografie biografie
liedteksten liedteksten
empeedries empeedries
video's video's
cd's bestellen cd's bestellen
thrillers thrillers
cartoons cartoons
tekeningen tekeningen
nieuws nieuws
archief archief
mail me mail me
Aan een vriend    Peter Colpaert, 1983  Jij zult wél voor altijd zwijgen Nooit meer zingen in de kroeg Om je werk kapot te krijgen  Was een regenvlaag genoeg Hoe je meesterwerken maakte Met wat kleurkrijt op de straat Is iets wát mijn zo geraakte Arm verstand te boven gaat Jij was altijd al een dromer Ik weet niet hoe jij het deed Maar je schilderde de zomer In de herfst, en het werd heet En je schilderde de Bijbel God was net als een fakir Want hij sliep op kerkentorens In een hemel zonder bier  Ja, we waren twee schandalen Do you know now what it means? Jij die Rembrandt op sandalen Ik die Goethe in z’n jeans Die de straat zomaar besmeurden Met hun krijt en hun gejank En daarnaast nog wel eens geurden Naar een slokje sterke drank En je stopte plots met leven In je godvergeten gat Om je zonden te vergeven Heeft zelfs God geen tijd gehad Ook je kunst bleef ongezegend En dat heb je hard gevoeld Want we wisten’als het regent Dan wordt alles weggespoeld’.
volgende pagina
volgende pagina
vorige pagina
biografie biografie
liedteksten liedteksten
empeedries empeedries
video's video's
cd's bestellen cd's bestellen
thrillers thrillers
cartoons cartoons
tekeningen tekeningen
nieuws nieuws
archief archief
mail me mail me